Ik moet eerlijk bekennen dat ik altijd wat negatief voorgesorteerd sta (stond?) ten opzichten van evolutionaire psycholgie of sociobiologie. De eerste bron van dit ongemakkelijke gevoel was het idee dat ik toch zelf wel weet wat ik denk. Maar een EP’er gaat mij dan vertellen dat ik denk wat ik denk omdat mijn hersenen zijn aangepast op het Stenen Tijdperk. Daaraan gekoppeld benadert de EP de menselijke geest als een nogal eendimensionaal systeem, een hardwired feedback mechanisme. Ons gedrag is niet veel meer dan een kniepeesreflex.
Daarnaast vind ik veel EP experimenten nogal beperkt. Als bioloog weet je dat je uit in vitro experimenten niet te veel kunt afleiden over de in vivo situatie. De laboratoriumexperimenten van EP’ers lijken nogal eens kunstmatig. Wat zeggen die over de échte wereld, waar naast zorgvuldig geïsoleerde principes nog veel meer op je afkomt?
Daarom heb ik met heel veel interesse en instemmend gebrom een artikel van Johan Bolhuis (Universiteit Utrecht, gedragsbioloog, dus die staat binnenkort op straat!) en collega’s uit de VS en Schotland gelezen dat gisteren verscheen in PLoS Biology. Ze nemen de evolutionaire psychologie de maat en wijzen een weg naar de toekomst.
Een paar punten uit hun betoog:
* het idee dat onze hersenen zijn aangepast aan het Stenen Tijdperk klopt niet, juist recente ontwikkelingen (zoals de overgang van jagen/verzamelen naar landbouw) hebben een sterke evolutionaire druk uitgeoefend. Onze hersenen kunnen zich dus hebben aangepast aan het ‘moderne’ leven.
* hersenen hebben grote plasticiteit, dus de ontwikkeling ervan wordt beïnvloed door de omgeving. “…Cultural practices are likely to have influenced selection pressures on the human brain.”
* het idee dat de menselijke geest (mind) uit losse cognitieve modules bestaat wordt niet ondersteund door de neurobiologie. Mijn interpretatie: de EP heeft te reductionistisch naar ‘modules’ gekeken, en zag daarom door de bomen het bos niet meer.
Bolhuis c.s. wijzen een nieuwe weg voor de EP, waarin veel meer geíntegreerd gekeken wordt naar hersenfunctie en de interactie met cultuur/milieu. Een stevige kritiek, maar wel een die mij aanspreekt. Blijk ik toch geen verdwaalde oermens te zijn, maar gewoon een kind van mijn tijd!
Bedankt voor de tip. Bolhuis had al eerder kritiek op EP. Het aardige is dat hij uiteindelijk positief is over de toekomst van een gewijzigde vorm van EP.
een aardige link voor de discussie en een voorbeeld van wat je dogmatisme en provicialisme kunt noemen:
http://www.epjournal.net/blog/2011/07/new-paper-concludes-evolutionary-psychology-is-not-%e2%80%9cunfeasible%e2%80%9d/
niks aan de hand met die EP!
zie ook voor commentaar (en een betere samenvatting van het artikel van Bolhuis cs): http://www.scientificamerican.com/article.cfm?id=evolutionary-psychology-brain-changes&print=true
@Harry Pinxteren
Wel frappant dat Robert Kurzban, die in je eerste link beweert dat de dingen die Bolhuis aankaart allang begrepen worden door EP en dus oud nieuws zijn – hij moet er zelfs van gapen – in je tweede link inderdaad wordt aangehaald als iemand met een open oog voor het gevaar de menselijke natuur te simpel te zien…..een beetje tegenstrijdig.
Wat ik me afvraag: heeft iemand die al honderden of misschien zelfs duizenden jaren in dezelfde omgeving geleefd heeft, in sommige delen van Afrika, Amazonegebied of Papua-Nieuwguinea een minder geëvolueerd brein dan de gemiddelde westerling?
@jaap: nee dus, en dat is precies het punt van Russell Wallace tegen Darwin. Zij hebben het dan over de vuurlanders, die voor Darwin als een soort van tussensoort werden gezien, maar door Wallace als anatomisch (en neuraal) volkomen moderne mensen. Dat klopt niet met het idee van natuurlijke selectie: vanwaar die overkill? (bij de vuurlanders dus!). Dit is een punt dat je zelden of nooit in de EP tegenkomt. Maar het is ook een heel verhaal. nog een reactie op het artikel op het goede blog: http://blogs.discovermagazine.com/gnxp/2011/07/the-end-of-evolutionary-psychology/
@Harry
Darwin dacht dus dat sommige inheemse “primitieve” volken nog tussenvormen waren tussen aapmensen en mensen, in tegenstelling tot wat Wallace dacht. Dat lees ik inderdaad in Wikipedia.
Maar dat bedoelde ik eigenlijk niet. Uit het hele artikel blijkt dat evolutie kennelijk veel sneller gaat dan volgens het “gradualisme” eerder gedacht werd en het genoom veel sneller evolueert door allerlei veranderende omstandigheden, en dat in laatste duizenden of zelfs honderden jaren daardoor veel genetische variaties zijn ontstaan tussen populaties en dat deze veranderingen niet in de laatste plaats het brein hebben beïnvloed.
Ik zou me dan kunnen voorstellen dat volken, die tot voor kort zeer primitief leefden en allerlei veranderingen, die de westelijke wereld heeft meegemaakt, niet heeft ondergaan, vooral op het gebied van kennis en wetenschap, ook evolutionair/genetisch een bepaalde achterstand zouden hebben. Maar het blijkt mij – na enig googelen – dat bv. Papua’s en Maori’s na eenmaal gewend te zijn aan het moderne leven, even goed in staat zijn om een universiteit te doorlopen en een Ph.D. te worden in één of andere wetenschap. Wat is dan het verschil?
@Jaap
Het is me niet helemaal duidelijk welk verschil je bedoelt, maar ik denk dat er geen verschil is.
@Gerdien
“Fast-Evolving Brains Helped Humans out of the Stone Age”
Misschien dat bovenstaand opschrift – uit de tweede link van Harry Pinxteren, naar de Scientific American – goed samenvat waar het artikel over gaat.
Er zijn toch populaties op aarde, die – tot voor kort – min of meer zijn blijven hangen, in een periode tussen het stenen tijdperk en nu, laten we zeggen, van enkele duizenden jaren geleden.
Gezien de snelle evolutie van het brein, moet het westerse brein, dat de laatste 3000 jaar een scala van grote veranderingen, in cultuur, kennis en wetenschap heeft meegemaakt, toch een voorsprong hebben gekregen op het brein van b.v. de Papua, die tot voor kort nog in de sfeer van jagen en verzamelen leefde?
Het opschrift is de verantwoordelijkheid van de koppenmaker bij Scientific American. Ik zie de stelling daarvan niet onmiddellijk terug in het PLoS artikel van Bolhuis cs.
Selectie bij mensen is wel bekend, maar selectieve verschillen tussen populaties gaan dacht ik over ziekte resistentie, diabetes II gevoeligheid in verband met dieet, en het verteren van zetmeel en melk. Selectie op genen die iets met de hersenen te maken hebben zit dacht ik eerder, in de aanloop naar H. sapiens.
Op Nieuw-Guinea is trouwens onafhankelijk de landbouw uitgevonden. Banaan bijvoorbeeld.
meer internet comment: http://johnhawks.net/weblog/reviews/brain/ev_psych/bolhuis-darwin-in-mind-2011.html
en nog een:
http://evolvingthoughts.net/2011/07/what-should-evolutionary-psychology-comprise/
Ik doe ze maar apart, dan komt het denk ik door.
@Jaap
Onderschat de kennis van de omgeving die een jager/verzamelaar nodig heeft niet! Voor veel modern werk zal minder hersenactiviteit nodig zijn.
@gerdien en @jaap. Het gaat er om dat de hersens van die vuurlanders in staat bleken tot heel veel dingen die ze in hun omgeving helemaal niet nodig hadden, dat er sprake was van een soort cognitieve overkill. Het duidelijkst blijkt die -nog steeds- als het gaat om taal leren. Dat is een lang verhaal, maar, kort door de bocht, komt het er op neer dat de variatie aan talen op de wereld zo enorm groot is dat het een ongelooflijke cognitieve belasting is om ze allemaal te kunnen leren- de taalvariatie is echt ongekend, van fonetisch tot en met syntactisch/semantisch niveau, en volgens de moderne taalkunde bestaat er dan ook geen universele grammatica, toch kan elk normaal kind altijd in plm 4-5 jaar elke willekeurige taal leren zonder instructie. Ons taalvermogen is dus eigenlijk te groot, want we hebben aan een taal, of twee, meestal wel genoeg!
Ons taalvermogen laat zich dus lastig gradualistisch verklaren (uit de hand gelopen vlloeien, of matingkreten etc etc) ook al kennen bijvoorbeeld zangvogels ook syntax en dialecten en moeten ze ook hun melodietjes leren fluiten.
Ook de resultaten van modern genetisch onderzoek zijn strijdig met het dogma van het gradualisme (zie bijv E. Koonin, 2011). De overeenkomsten tussen mensen en andere apen zijn onmiskenbaar groot, vooral de uiterlijke gelijkenis is frappant, maar de verschillen zijn nog veel groter: zo zijn er maar weinig apen met een evolutietheorie, laat staan met een geloof in natuurlijke selectie, of in het darwinisme- om maar een van de ontelbare voorbeelden van verschil te noemen- terwijl, althans voor zover bekend, het DNA bijna hetzelfde is. Soms hebben kleine verschillen kennelijk grote gevolgen.
(gerdien bedankt voor die link. Zijn Ep en aanpalende zaken toevallig ook een beetje jouw onderwerp, of subject of the heart, zoals de britten dat zo mooi zeggen..?)
sorry: vlloeien= vlooien
@jaap. ik zie nu dat je toch wel wat dingen door mekaar gooit: een snelle(re) evolutie bij de mens (cfr Hawks bijv) sluit gradualisme niet uit. En evolutie zit inderdaad in je genen. Maar daarmee is nog maar weinig of niks gezegd over de ontwikkeling van technologie en wetenschap. Any variation which is not inherited is unimportant for us, schreef Darwin. Dat is prima voor een bioloog, maar dan moet je zeer voorzichtig zijn met uitspraken over geschiedenis en cultuur. En je moet vooral die twee niet verwarren met natuur. Om het kort en krachtig samen te vatten: Man soll nicht Malthus mit der Natur verwechseln (Nietzsche). Dat leidt op zijn best tot WEIRD science (Henrich et al 2009) en op zijn slechtst tot heel gevaarlijke lulkoek. (sorry maar ik had geen tijd om een langer verhaal te schrijven!)
@Harry
Nee, ik houd me niet met EP bezig. Ik ben er 1 keer tegenaan gelopen toen een student er een scriptie over wilde schrijven. Dat heeft me wat achterdochtig achtergelaten. Verder ken ik Bolhuis natuurlijk. Soms zie ik artikelen over ‘selective sweeps’ langskomen.
‘Evolving thoughts’ is een blog dat ik bijhoud: een heel goed blog. Die verwees door.
@Harry
juli 25th, 2011 on 7:50 pm Ook de resultaten van modern genetisch onderzoek zijn strijdig met het dogma van het gradualisme (zie bijv E. Koonin, 2011)
juli 25th, 2011 on 8:08 pm
een snelle(re) evolutie bij de mens (cfr Hawks bijv) sluit gradualisme niet uit
Welke Koonin E, 2011, bedoel je? Koonin schrijft veel.
De enige plek waar ik de combi gradualisme en dogma tegen ben gekomen bij Koonin is in zijn nog te verschijnen boek The Logic of Chance.
‘The consolidation of Modern Synthesis in the 1950s was a somewhat strange process that included remarkable “hardening” (Gould’s word) of the principal ideas of Darwin (Gould, 2002). Thus, the doctrine of Modern Synthesis effectively left out Wright’s concept of random genetic drift and its evolutionary importance, and remains uncompromisingly pan-adaptationist. Rather similarly, Simpson himself gave up the idea of quantum evolution, so gradualism remained one of the undisputed pillars of Modern Synthesis. This “hardening” shaped Modern Synthesis as a relatively narrow, in some ways dogmatic conceptual framework.’
http://www.ftpress.com/articles/article.aspx?p=1731108&seqNum=5
@Rob
Als dat de samenvatting van het boek is, lijkt het niet erg interessant. De opvattingen van 1950 bestrijden heeft niet veel zin. Er sinds die tijd toch wel wat veranderd.
2 gerdien. ja ik bedoelde The Logic of Chance (sept 2011) waar hij het allemaal nog eens samenvat. En Koonin heeft natuurlijk echt wel wat te vertellen. De opvattingen van 1950 bestrijden, zei je? Maar het zijn niettemin de opvattingen van de huidige EP-ers. Die worden ook nauwelijks gehinderd door enige kennis van de genetica. Evolutie zit in onze genen en dus vooral in ons hoofd, want plm 85% van onze genen komt tot expressie in onze hersens. Maar we hebben nauwelijks enig idee hoe ze daar werken. In ieder geval bij ons heel anders dan bij apen: kijk maar eens om je heen, zou ik zeggen. 90% van wat je ziet was een paar millennia geleden volstrekt ondenkbaar, onvoorstelbaar – hoeveel mutaties hebben zich intussen met succes onder onze soort weten te verspreiden? Geen idee. In ieder geval zit er niet veel meer in onze genen dan toen, want we moeten nog steeds bijna alles wat intussen bedacht is leren. Te beginnen met lezen en schrijven.
Het verbaasde me overigens dat Hawks die EP-ers zo verdedigde. Mensen als Jerry Coyne weten wel beter. Over die geweldige grap van hem over dat adaptationistische geredeneer, moesten we het bij gelegenheid nog eens een keer hebben, misschien. Biologen hebben morfologie, fysiologie, anatomie, etc om mee te werken, maar daar is geen analogie van in de psychologie – mogelijk een beetje in de neurologie. En dat lijkt mij het probleem (cfr de opmerking van Hawks op het eind van zijn bijdrage).
@Harry
90% van wat je ziet was een paar millennia geleden volstrekt ondenkbaar, onvoorstelbaar – hoeveel mutaties hebben zich intussen met succes onder onze soort weten te verspreiden?
Over de hele soort inclusief Vuurlanders en Andaman eilanders? Geen lijkt me een redelijke gok.
@Harry
In ieder geval zit er niet veel meer in onze genen dan toen, want we moeten nog steeds bijna alles wat intussen bedacht is leren.
Klopt. Kijk bv naar de Polynesiers en hoe die met de oceaan om wisten te gaan.
@gerdien: dat lijkt mij ook geen slechte gok, als kan een bitje al een gigantisch verschil maken! Maar als er zoveel genen in onze hersens tot expressie komen, vind je er dus altijd wel een stel voor wat voor gedrag of wat voor eigenschap dan ook, zelfs voor al die modules die puur door evolutiepyschologen zijn verzonnen, zoals cheater detection. Hoe lang lezen we al niet die berichten dat er weer een gen ‘voor’ schizofrenie of autisme is gevonden? En we kunnen voorlopig dus nog even vooruit. Bolhuis en de zijnen zijn op dit punt niet echt duidelijk, maar misschien heb ik ze niet goed begrepen.
Het zou misschien zo kunnen zijn dat terwijl de psychologie nog in de kinderschoenen staat, de evolutionaire psychologie nog niet eens aan kruipen toe is. Het grote vallen en opstaan moet nog beginnen. Intussen is het vooral oppassen geblazen.
@gerdien. Van die polynesiers klopt, maar de afgelopen 100 jaar is er meer kennis bijgekomen dan de afgelopen 100 eeuwen, en de komende 10 jaar komt er meer bij dan de afgelopen eeuw. We navigeren nu feilloos tussen die pacific eilanden dankzij GPS en dat kan iedereen nu, zonder die polynesische mythologische verhalen. Er is sprake van een exponentiele groei van – beschikbare, vrije- kennis. En die valt lastig te verklaren door recente mutaties, al zullen we die ongetwijfeld ooit vinden als ze er inderdaad zijn. De EP loopt stuk op een ‘gene gap’, hangt, met andere woorden, in de lucht. Of: psychologie houdt meer in dan eindeloze variaties op de pauwenstaart (overigens, begrijp ik, voor veel biologen ook nog steeds een punt van discussie: is het nou wel of geen ‘courting device’? Of weet jij het antwoord?)
@rob. Misschien moesten die EP-ers eerst eens proberen te begrijpen wat een evolutietheorie eigenlijk inhoudt en hoe je dingen toetst: dan hebben we het nog niet eens gehad over die null-hypothese statistiek (het systematisch niet toetsen van alternatieve verklaringen), het probleem van grote en kleine steekproeven etc, om over WEIRD science en andere methodologische problemen verder maar te zwijgen. Maar dat vrouwen mannen in rode Ferrari’s niet echt vertrouwen, terwijl ze wel eerder vreemd gaan als ze vruchtbaar zijn, en anders jaloers zijn dan mannen, of dat paaldanseressen dubbel zoveel fooi krijgen als ze in oestrus zijn- tenminste als ze de pil niet gebruiken- en meer van dat soort dingen, dat doet het allemaal heel goed in de pers natuurlijk. Kortom, A mating mind is a joy for ever! 😉
@ rob; je moet bijvoorbeeld het meest recente overzicht van het vakgebied, •Confer, J.C., Easton, J.A., Fleischman, D.S., Goetz, C. D., Lewis, D.M., Perilloux, C., & Buss, D.M. (2010). Evolutionary psychology: Controversies, questions, prospects, and limitations. American Psychologist. 65, 110-126. eens lezen….