Het boek ‘The New Creationism’ van Paul Garner verscheen in 2009. Ik was het een aantal keren tegengekomen maar had het nog niet gelezen. Onlangs lag het op tafel tijdens een debat over schepping en evolutie aan de Evangelische Hogeschool waar ik aan mee deed. En het stond op de lijst met ‘aanraders voor de zomer’ van Todd Wood. Die laatste aanbeveling maakte nieuwsgierig. Zou Paul Garner echt iets nieuws te melden hebben?
Dus heb ik het voor de zomer al gekocht en gelezen. Ik hoopte op een samenhangend creationistisch model, iets waar ik creationisten keer op keer om vraag. Ik hoopte op kritische reflectie over de eigen theorieën (zoals ik die bij Todd Wood wel zie). De eerste hoop werd absoluut niet bewaarheid. De tweede eigenlijk ook niet. Lees verder The New Creationism – What’s new?→
Een punt dat telkens weer terugkomt in discussies over een evolutionaire schepping is de vraag naar de dood voor de zondeval. Onlangs, tijdens een debat op de Evangelische Hogeschool, ging het daar ook weer over. Er zijn dan eigenlijk twee vragen: was er überhaupt dood voor de zondeval, aangezien de dood toch een straf voor de zonde is? En: hoe een goede God een verspillend proces van miljarden jaren vol dood en lijden gebruiken om een schepping te produceren die volgens Genesis ‘zeer goed’ was.
Hier valt een boel over te zeggen, al is het meer voer voor theologen dan voor biologen. Ik schrijf er nu toch een kort stukje over vanwege een artikel in het Reformatorisch Dagblad dat ik vandaag las. Het is van Dr. W. van Vlastuin, docent dogmatiek en apologetiek aan het Hersteld Hervormd Seminarie in Amsterdam.
Op dit moment lees ik ‘The New Creationism‘ van Paul Garner. Dit boek beoogt een wetenschappelijk creationistisch model te beschrijven. Nu vraag ik creationisten al langer om zo’n model, en toen ik het boek onlangs tegenkwam tijdens een debat over schepping & evolutie én op de zomerleeslijst van Todd Wood heb ik het maar eens besteld bij Bol.com. Eerste keer dat ik daar iets kocht, volgens mij! Boeiend profiel zal ik er nu hebben.
Enfin, een recensie van dit boek volgt ongetwijfeld. Ik ben nu op ongeveer een derde, en ben net van kosmologie naar geologie overgestapt. Tot nu toe valt het niet mee. De toon is hier en daar niet onredelijk, maar er zit toch net iets teveel oude koek in dit model. Lees verder Creationistische modellen en oude koek→
De afgelopen weken heb ik verschillende debatten gevoerd met jonge aarde creationisten, zowel ‘live’ als digitaal. Een onderwerp dat in dit soort debatten altijd wel terugkomt is de vraag waar alle tussenvormen zijn.
Een kort antwoord op de vraag kan zijn: hier en hier!
Dat maakt niet altijd even veel indruk. Bij de recente publicaties rond Au. sediba reageerde het altijd voorspelbare Answers in Genesis bijvoorbeeld met de claim dat dit ‘gewoon een aap’ is. In een discussie op de site geloofenwetenschap.nl kwam dezelfde reactie: tussenvormen? Die kan je bij de ene of de andere soort indelen.
Het plaatje bij deze post laat het probleem zien. Een knoop verandert hier langzaam in een vuist. De bovenste drie plaatjes zijn vooral ‘knopig’, de onderste drie zijn ‘vuistig’. Toch gaan de plaatjes naadloos in elkaar over. De laatste knoop lijkt meer op de eerst vuist dan op de eerste knoop.
Een belangrijke pijler onder het ‘wetenschappelijk jonge aarde creationisme’ is de zondvloedgeologie. De zondvloed is verantwoordelijk voor de vorming van een groot deel van de afzettingsgesteenten. Bijna de hele laat waarin de Grand Canyon is uitgesleten zou bijvoorbeeld tijdens de vloed afgezet zijn.In plaats van geleidelijke processen die over miljarden jaren de aarde hebben gevormd zien creationisten in de geologie sporen van catastrofale processen die al het ‘werk’ in slechts enkele duizenden jaren hebben verricht.