Gisteren was in bij de presentatie van het boek ‘En de aarde bracht voort. Christelijk geloof en evolutie’ van Gijsbert van den Brink. Een verslag is te vinden op de site Geloofenwetenschap. Het boek is denk ik boeiender dan de presentatie was (vooral omdat daar geen discussie was ingepland). Maar via de links zijn nog meer verslagen te lezen, plus een link naar een nieuwe brochure van de Gereformeerde Bond over evolutie.
Voor de duidelijkheid, het stukje op Geloof en Wetenschap is – zoals bijna alle nieuwsberichten op die site – door mij geschreven. Discussie mag hier natuurlijk ook.
Een interessante observatie gisteren: zelfs Jan Verhoeven (Gereformeerde Bond), die evolutie niet kan accepteren, wijst de standpunten van het Logos Instituut af. Hij vertelde over een email van Logos, die blijkbaar een paar dagen voor de presentatie naar een flink aantal predikanten is gestuurd (veel aanwezigen leken de mail ten minste te herkennen). Hierin stond dat wie de schepping in zes dagen afwees, feitelijk verloren was. Ook Maarten Wisse, die eveneens kritisch was over evolutie, stelde dat je Genesis 1-2 niet letterlijk moest lezen.
Heeft een bioloog hoofdstuk 2 van het boek ingezien voordat het gedrukt was?
Yep. Meer dan één zelfs, volgens mij.
Dag Rene, heeft dus niet alleen Gijsbert zo’n ontstellend gebrek aan kennis van de discussie, dat met betrekking tot creationisten een zin als: ‘Zij ontkennen dus dat door natuurlijke selectie op basis van willekeurige mutaties nieuwe soorten kunnen ontstaan’ (blz 64)in het boek is blijven staan?
Ouweneel schreef in 1976 al in zijn boek De ark in de branding, dat geen enkele creationist sinds Darwin die mening is toegedaan.
Wat schreef Ouweneel in ‘De Ark in de Branding’?
Volgens het register op komt ‘soortvorming’ op blz 94 ter sprake, en ‘species’ op blz 88-92, 151. ‘Selectie’ of ‘natuurlijke selectie’ staat niet in het register.
Op blz 151 staat dat Darwin was opgevoed met het idee dat alle species afzonderlijk geschapen waren. Die opvatting bleef gangbaar in de kerk, en zal nog wel gangbaar zijn. Het is zoals het geleerd werd in alle gereformeerde kerken. Dat is namelijk de directe lezing.
Blz 86-94 gaat over het aantal beesten in de ark. Ouweneel is daar (blz 87) heel verontwaardigd dat Lever in 1956 in ‘Creatie en Evolutie’ er vanuit gaat dat alle soorten afzonderlijk geschapen waren. Lever hield gewoon de leer van zijn kerk aan. Heel weinig rekenwerk laat zien dat alle soorten niet in de ark kunnen.
Dan gaat Ouweneel vertellen dat het fout is om te denken dat ‘naar zijn aard’ betekent ‘biologische soort. (blz 88)”(Creationisten) zijn er alle van overtuigd dat het begrip ‘aard’ een andere en bijna altijd een ruimere betekenis heeft dan de biologische ‘species'”. Waarom dan? Volgt heel veel retoriek, maar de clou van het verhaal is duidelijk: een ‘genesis-soort’ is ruimer dan een biologische soort omdat het hele dierenrijk niet in de ark past. Het hele dierenrijk aan soorten past niet in de ark. Dan zijn er twee mogelijkheden: het verhaal van Noach is niet historisch, of er moet een mouw aan het aantal beesten gepast. Het eerste doet Lever (en is heel gangbaar bij theologen), het tweede doen de jonge aarde creationisten. Ouweneel doet wel heel verontwaardigd, maar komt niet met argumenten anders dan dat de zaak niet in de ark past als je niet grondig het aantal verkleint.
Daarna gaat Ouweneel over op ingeschapen variabiliteit in elke oorspronkelijke genesis-soort, zodat zich een onuitputtelijke vormenrijkdom kon ontwikkelen. Niet door mutatie en natuurlijke selectie, maar door ingeschapen variabiliteit (blz 91) wat dat ook mag wezen. De soorten zijn het gevolg van deze ingeschapen variabiliteit binnen een genesis-soort (blz 91 met voorbeeld). Niets mutatie, niets selectie bij Ouweneel. De genesis-soorten als idee zijn afkomstig van Marsh,1944. Voor Marsh was ‘naar zijn aard’ voor iedereen ‘biologische soort’.
Nu schrijft Eppie: “(Hoe kan het dat de zin): ‘Zij (creationisten) ontkennen dus dat door natuurlijke selectie op basis van willekeurige mutaties nieuwe soorten kunnen ontstaan’ (blz 64)in het boek is blijven staan? – Ouweneel schreef in 1976 al in zijn boek De ark in de branding, dat geen enkele creationist sinds Darwin die mening is toegedaan.”
Wat zou Eppie bedoelen?
“‘Zij ontkennen dus dat door natuurlijke selectie op basis van willekeurige mutaties nieuwe soorten kunnen ontstaan’ (blz 64)in het boek is blijven staan?
Ouweneel schreef in 1976 al in zijn boek De ark in de branding, dat geen enkele creationist sinds Darwin die mening is toegedaan.”
Eppie kan moeilijk bedoelen dat alle creationisten sinds Darwin denken dat soorten kunnen ontstaan door natuurlijke selectie op basis van willekeurige mutaties.
Dag Gerdien,
Dank voor het uitgebreid weergeven van de tekst van Ouweneel. Je hebt de toon van het debat toentertijd goed geduid. Wellicht moet ik het citaat uit het boek van Van den Brink ietwat uitbreiden. ‘Ook jonge aarde creationisten gaan tot op zekere hoogte uit van natuurlijke selectie. Zij beperken deze echter in tot relatief kleine veranderingen binnen soorten en spreken daarbij over ‘micro-evolutie’, als onderscheid van macro-evolutie tussen soorten. Zij ontkennen dus dat door natuurlijke selectie op basis van willekeurige mutaties nieuwe soorten kunnen ontstaan’. De kern ligt in deze zinnen bij natuurlijke selectie. Die zou volgens Van den Brink bij creationisten (categorisch)alleen binnen soortgrenzen werken en niet tot ontstaan van andere soorten kunnen leiden. Gezien de informatie hierboven pakweg 70 jaar outdated. Wellicht een nalatenschap van prof Lever. Veel vertrouwen geeft het niet… Maar goed, van jou kreeg het een zesje. En daar was hij blij mee!