Goed, in mijn vorige bespreking van het WEET nummer van augustus kwam ik tot net voorbij het nietje. Nu ga ik dus door vanaf bladzijde 34, waar een stuk van vier pagina’s over een herbouwd Romeins kamp, castellum Hoge Woerd. Daar wil ik nog wel eens naar toe! In het stuk vertelt stadsarcheoloog Erik Graafstal hoe het verleden er uit zag. Leuk stuk, en het meest opvallende is wel dat hier zonder enige vorm van kritiek ‘historische wetenschap’ wordt gepresenteerd.
Creationisten maken nogal eens verschil tussen ‘operationele’ of ‘experimentele’ wetenschap (waarvan je de resultaten voor je ogen ziet verschijnen) en ‘historische wetenschap’, waar je nu eenmaal niet bij was en wat dus allemaal interpretatie is. Dat zagen we al in de vorige aflevering, bij het redactioneel van Jan Rein de Wit. Als we Graafstal hadden losgelaten op de kerktoren in het meer die hij beschreef, zou deze ongetwijfeld de juiste verklaring hebben gevonden.
De vraag die bij mij blijft liggen is: waarom kan een archeoloog een Romeins fort wél reconstrueren, maar weigeren jonge aarde creationisten de interpretaties over ‘deep time’? Die zijn uiteindelijk op vergelijkbare aannames en methoden gebaseerd. En je hebt in beide gevallen controlemechanismen nodig (is die knoop echt Romeins, of een jongere ‘vervuiling’).
Schriftkritiek
Maar laat ik weer doorbladeren. Blz. 38, stenen maken van bouwafval, recycling, helemaal voor. En dan een bladzijde verder: Schriftkritiek! Nou ja, de vraag hoeveel mensen Simson eigenlijk doodde. En of er echt drieduizend mensen op het dak van de tempel van Dagon hebben gestaan (zoals staat in Richteren 16:27. De auteur, Johan Démoed rekent dat drieduizend mensen praktisch onhaalbaar is, aangezien zo’n tempel maximaal 15 x 15 meter groot was.
Hoe zat het dan? Ofwel het ging om een uitzonderlijk grote tempel (waarvan nog nooit sporen zijn gevonden), ofwel het woord voor ‘duizend’ moeten we anders vertalen, aldus Démoed. Misschien is eleph niet duizend, maar groep. Drie groepen. Er volgt een uiteenzetting over interpretaties van het Bijbels Hebreeuws.
Net als het verhaal over archeologie is dit een stuk waar ik geen enkel probleem mee heb, maar het roept wel allerlei vragen op. Want de auteur gaat op basis van buiten Bijbelse gegevens (grootte van een Dagon tempel) de tekst opnieuw bezien en zoekt naar mogelijkheden tot harmoniseren. Als een evolutionair creationist dat doet met Genesis, is WEET mordicus tegen. Maar in dit stuk staat klip en klaar dat we soms niet goed weten hoe we de grondtekst moeten lezen. Interessant!
Er volgen twee pagina’s over curettage, het wegzuigen van baarmoederslijmvlies. Dit kan gebeuren na een miskraam, maar ook bij een abortus. Het stuk belicht mogelijke risico’s van de ingreep en presenteert cijfers die laten zien dat na curettage de kans op een te vroege geboorte bij een volgende zwangerschap is vergroot. Het is wat impliciet, maar dit stuk waarschuwt voor een bijwerking van abortus. Dit is zo door het AMC naar buiten gebracht dus klopt wel, denk ik. Volgens WEET (en een opiniestuk in het Reformatorisch Dagblad) is dit door de media verzwegen. Google levert geen krantenkoppen op, maar wel verwijzingen op allerlei zwangerschapssites. Dit past wel een beetje in het beeld dat het not done is om over risico’s van abortus te schrijven.
Discussie
Dan maar liefst vijf pagina’s over Hawaï, onder de kop ‘Zon, zee en zondvloed’. Het stuk is een beetje een legpuzzel, met gewone en creationistische geologie. Er is een overzicht van de geologie van Hawaï, met een ‘hotspot’ onder bewegende platen die zorgt voor een keten van vulkanische eilanden.
Maar auteur Jan Rein de Wit stelt hier natuurlijk vragen bij. Zo is er onder het zeeoppervlak een lange keten vulkanische bergen te zien, maar er zit op zeker moment een knik in de keten. De Emperor-keten ligt echter niet in het verlengde van de ‘Hawaï-keten’, maar onder een hoek van 120 graden. Waarom zit die knik daar? ‘Geologen weten niet waardoor die verandering optrad’, aldus De Wit. Wikipedia weerspreekt dit: er is nog discussie over, maar er is wel degelijk een theorie.
Ook is er nog een kadertje over de datering van de eilanden, met de K-Ar methode. Er zou ‘vervuiling’ van de lava met Argon uit ouder gesteente kunnen zijn, staat hier. De lava gaat immers door de oudere lagen naar boven. Dit argument is niet echt nieuw, en geologen zijn er niet van onder de indruk. De Wit besluit het kadertje wel met de opmerking dat creationisten niet geen eenduidig antwoord hebben op radiodateringen, en dat is toch best genuanceerd.
Het ‘Bijbelse model’ (Bijbels model, Hawaï??) is ook onderdeel van het artikel. De eerste verklaring is ‘gewone geologie’, maar dan supersnel. Een probleem is dat dan alle eilanden ongeveer even groot moeten zijn. Nu zijn veel oude vulkanen al lang en breed onder de zee verdwenen (door erosie), in het Bijbels model is daar geen tijd voor. Behalve dan als de snelheid waarmee de aardplaten over de hotspot bewegen (NB: de nieuwste geologische inzichten laten de hotspot bewegen, aldus het bovengenoemde Wikipedia artikel) varieert. Zodanig varieert (vul ik even aan) dat het net lijkt of veel eilanden helemaal weg geërodeerd zijn…
Het Bijbels model is niet heel overtuigend. En het is puur gericht op de vulkaaneilanden. Want hoe moeten we een verklaring die vulkanisme in de zeebodem koppelt aan de zondvloed (en het openen de fonteinen in de diepte) dan weer samenvoegen met de zondvloedmodellen voor het ontstaan van de Grand Canyon? Voor dat laatste moest een duizelingwekkende hoeveelheid sediment worden afgezet, door allerlei megatsunami’s. Maar voor de Hawaï-eilanden kun je die kilometers sediment niet gebruiken. Volgens De Wit is het vulkanisme dan vermoedelijk toch na de zondvloed ontstaan. Maar waarom ligt er dan geen dikke laag sediment onder de vulkanen? Het is mij een raadsel hoe je deze twee fenomenen in één model kunt krijgen.
Mythe
Tot zover de vulkanen. Het volgende stuk (een pagina) gaat over de zon die bleef stilstaan in Jozua 10. Er is een ‘urban legend’ dat die extra dag in supercomputers van de NASA is opgedoken. Dat is niet zo, meldt WEET, en creationisten moeten dat argument ook niet gebruiken. Verstandig.
We naderen het einde, met korte antwoorden op tien vragen. Grappige weetjes, met hier en daar een vleugje creationisme. Bijvoorbeeld: eet een slang echt stof (‘Stof zult gij eten’ is de vloek voor de slang nadat hij Eva had verleid). Nou, niet echt, is het antwoord, maar soms likken ze een beetje stof op om te ruiken. Dus het klopt wel. Not, zou ik zeggen. Een andere creationistische vraag is: kan al het leven uit één cel ontstaan zijn? Wat volgt is de standaard redenering: cellen zijn heel complex, dus leven kan nooit spontaan ontstaan zijn.
Maar biologen gaan er vanuit dat leven niet met een kant-en-klare moderne cel is ontstaan. En de ‘last universal common ancestor’ LUCA was níet de eerste cel, het was de cel die ons aller voorouder is. Die twee dingen zijn niet hetzelfde.
Het einde van deze WEET gaat ook over evolutie, een column van eindredacteur Johan Démoed over de 98 procent mythe: lijken chimpansees en mensen echt zoveel op elkaar? Dit is eigenlijk die ‘Mythe van de 98 procent mythe’. Wetenschappers hebben verschillende manieren de overeenkomst in DNA tussen soorten te meten. In een bepaalde vergelijking kom je uit op 98 procent.
Maar het percentage op zich is niet het belangrijkste: waar het om gaat is dat de mens nauwer verwant is aan de chimpansee dan aan de gorilla, orang oetang of gibbon (in afnemende mate van overeenkomst). De interessante vraag is: komt die volgorde uit een totale vergelijking? Daarover heb ik nog nooit een creationistisch verhaal gelezen, maar wellicht kan iemand een linkje geven.
Dapper dat je voorbij de nietjes bent gekomen!
Ik had ze er al lang uitgetrokken …
Ik krijg sterk het gevoel, alsof te pas en te onpas bijbelse gegevens ofwel aangepast worden aan de wetenschappelijke gegevens ofwel wetenschappelijke gegevens verdraaid en aangepast worden, om maar het ‘zondvloedmodel’ te redden. Waarom wel bij Simson en de tempel van Dagon en niet bij de de ark van Noah, of de dagen van Genesis? Dit lijkt mij te sterk op het willen bewijzen van de bijbel met (toch maar stiekem) de wetenschap. Arme kinderen die hier aan blootgesteld worden en straks tijdens een vervolgstudie hiermee in de knel komen.
Leuk om te lezen. En goed ook dat dit wordt geschreven.
Henk, je kunt nog verder gaan dan “Waarom wel bij Simson en de tempel van Dagon en niet bij de de ark van Noah, of de dagen van Genesis?”
met bijbelse verhalen die zondigen tegen de biologie zoals doden tot leven brengen, of de natuurkunde zoals lopen over water, of de scheikunde zoals water in wijn veranderen.
Gert, het concept ‘wonder’ (doden tot leven brengen, water in wijn etc.) troeft alle wetenschappelijk inzichten af bij christelijke gelovigen.
Wie zijn wij immers om God, met behulp van de wetenschap die ons door diezelfde God is gegeven, te begrenzen? Zoiets zal de gedachte wel zijn.
Goed gezien 🙂
Het ging mij om de inconsequentie in de gedachtegang. Bij Simson wordt de vertaling van de tekst (al dan niet correct in het Hebreews, dat kan ik niet beoordelen) aangepast aan wat logischerwijs kan of niet kan, 3000 mensen passen niet op een kleine Dagon-tempel, terwijl de dagen van Genesis letterlijk genomen moeten worden, ondanks de wetenschappelijke ‘evidence’ voor een evolutieproces van miljarden jaren. Dat wordt dan een ‘dogma’ genoemd, zonder dat er een begin van een consequente en sluitende ‘scheppingstheorie’ of model geleverd wordt, waarvoor een onderzoeksprogramma wordt opgezet. Bij de reconstructie van het Romeinse fort, wordt vrolijk, en volgens mij terecht, gebruik gemaakt van de historische wetenschap, terwijl dat in het geval van de zondvloed, of ark van Noah, niet kan, of mag.
Ik heb trouwens wat moeite met de term ‘evolutie-dogma’of ‘dogma van de plaat-tektoniek’, het komt mij over alsof je daar niet aan mag twijfelen van de wetenschap, terwijl creationisten er blijkbaar van uit gaan dat er geen ‘evidence’ voor is. Wie is er nu ‘dogmatisch’ bezig?
René schreef : “Het is mij een raadsel hoe je deze twee fenomenen in één model kunt krijgen”
Ik schreef : “Creationisten hebben geen eigen model, ze hebben geen coherente chronologie, ze hebben geen eigen tijdlijn waar de belangrijkste geologische evenementen in te passen zijn”.
Ze hebben geen model.
Waar ik steeds meer een naar gevoel bij begin te krijgen is niet de onwetenheid van “wetenschappelijk” creationisten maar het feit dat ze hun publiek, door te suggereren dat ze een antwoord hebben, een rad voor de ogen draaien . En daar is niets christelijks aan.
Maar Leon: suggereren christenen niet ook een antwoord te hebben? Een antwoord waar géén wetenschappelijk bewijs voor is?
Eelco,
Zeker, christenen beweren een antwoord te hebben, maar de meesten, of ik althans, erkennen dat daar geen wetenschappelijk bewijs voor is.
Dat is zo, Leon. Ik reageerde slechts op het ‘suggeren een antwoord te hebben’, en dat daar niets christelijks aan is. Dat lijkt me nu juist wel zo.
(nav Gert) “Bijbelse verhalen die zondigen tegen de biologie zoals doden tot leven brengen, of de natuurkunde zoals lopen over water, of de scheikunde zoals water in wijn veranderen”:
Zo is het. Gert is consequent. In mate waarin wetenschappelijke ontdekkingen voortschrijden leren we de bijbel te interpreteren (en waarderen) niet obv zijn beschrijving maar obv zijn zingeving.
Naar de voorbeelden van Gert:
‘in zes dagen’: ‘Hij heeft alles bedacht’
‘lopen over water’: ‘niets is met Hem onmogelijk’
‘water in wijn’: ‘je kunt door Hem totaal veranderen’
en ‘opgestaan uit graf’:’Hij inspireert, lééft in ons voort’.
Dank aan wetenschappers als Rene en Gert dat ze ons tot deze inzichten brengen!